Kessels & Smit, The Learning Company hat dies direkt geteilt
“En, wat heeft de schrijver hiermee bedoeld?” Mijn leraar Nederlands kijkt me aan en zegt dat hij deze vraag nooit zal stellen. Het is 1995, ik zit in VWO4 en ik vind gedichten spannend en leuk maar al lezend word ik gestoord door een stemmetje in mijn hoofd dat vragen op me af blijft vuren. Of ik het wel begrijp. Of ik er wel uithaal wat er in zit. Of het wel de bedoeling is dat ik ervan houd. Van mijn docent leer ik dat je literatuur kunt lezen vanuit verschillende invalshoeken: Wat valt je op als je het werk probeert te plaatsen in de tijd waarin het geschreven is? Hoe is het werk te zien in het licht van de persoonlijke geschiedenis van de auteur? Los van dit alles, wat doet het werk hier en nu met jou? Dit kader geeft me houvast. De hulpvragen maken de afstand tussen de literatuur en mij wat kleiner. Door de belofte van Loet, mijn leraar, lukt het me dit lesuur ontspannen te lezen. Jaren later, in dezelfde stad als waar ik naar school ging, leer ik Annebel Hofhuis kennen. Ook zij is docent in het voortgezet onderwijs, maar dan in de kunstvakken. Zij laat me het kader zien dat ze heeft gemaakt, een kartonnetje met een vierkant kijkgat en vier vragen eromheen. Ze is bezig met een onderzoek. Ze wil weten of dit kader haar collega-docenten kan helpen om naar kunstwerken te kijken en te praten over zichzelf en hun perspectief op de wereld. Ze hoopt dat ze daardoor meer van elkaar snappen en beter kunnen samenwerken. Het kader is een hulpje, net zoals de vragen van mijn leraar Nederlands. Een hulpje dat bedoeld is als brug tussen de wereld van de kunst en de dagelijkse werkwereld. Ik mag het ook proberen en ben verrast over de werking. Samen met een vakgenoot sta ik minutenlang stil bij een kunstwerk. We zien ieder wat anders en aan de hand van de vragen ontstaat een gesprek. Door het kadertje durven we. Het heeft me te pakken. Ik nodig Annebel uit om een jaar lang te gaan experimenteren en verder onderzoek te doen. Tientallen mensen doen met ons mee. Ze hebben heel verschillende beroepen, maar delen onze nieuwsgierigheid. Onze ontdekkingen zijn te lezen in de kleurrijke reader die over twee weken verschijnt. De onderzoeksartikelen gaan in op hoe kunst kan helpen om verder te komen met weerbarstige werk-vragen. In de interviews zijn professionals aan het woord die kunst gebruiken om los te schudden, zijweggetjes te bewandelen of om angst, verlangen en andere onderstroomse krachten boven te brengen. Ook kun je aan de slag met praktische tools. Hopelijk werken die een beetje als de belofte van Loet. Dat de onrustige stemmen in je hoofd verstommen en je gaat experimenteren met iets dat je aandacht trekt en spannend vindt. Al is het maar voor 50 minuten. Er zijn ook nog een paar kaartjes voor het 4e FCE-festival op vrijdag 8 november in Arnhem! Sessies begeleid door kunstenaar Barthel Brussee, Merijn Tinga ~ Plastic Soup Surfer, Anna van der Horst, Tamara van Woezik, Nono Poels en Annebel Hofhuis.